Voetbalclub Heerenveen bestond in het seizoen 2020-2021 honderd jaar. Een mijlpaal die gevierd moest worden. En een mijlpaal die een cadeau verdiende. Supportersvereniging FeanFan bedacht hiervoor het project Helden van Heerenveen. Supporters konden hun helden van honderd jaar sc Heerenveen kiezen. Daar is een prachtige lijst uitgekomen van honderd namen van spelers, trainers en bestuurders die in de eerste eeuw van de club van grote waarde zijn geweest. Eén van deze helden is Tieme Veenstra.
Vaste waarde in Heerenveen
Tieme Veenstra ziet in 1916 het levenslicht. Hij kampt met astma, waardoor hij zijn voetbalcarrière gedwongen moet beleven onder de lat. Als doelman wisselt hij imposante reddingen af met de meest kolderieke momenten, maar toch groeit hij uit tot de nummer één in een periode waarin VV Heerenveen grote successen weet te behalen.
Veenstra, die met dank aan zijn vrouw in coltruien zijn wedstrijden afwerkt, gaat in Heerenveen door het leven als ‘Tiemen-Vuur’. Het is een bijnaam die weinig te maken heeft met het tegenhouden van schoten, maar met zijn andere passie: brouwen.
Met VV Heerenveen weet Veenstra negen keer de noordelijke titel te winnen. Ondanks de aanwezigheid van spelers als Henny Jonkman, Jan Lenstra, Germ Hofma, Marten Brandsma. Wim Molenaar en natuurlijk Abe Lenstra lukt het de Friezen niet om de landstitel binnen te slepen in de kampioenscompetitie. Het is een smet op een verder zeer succesvolle periode op Sportpark Noord.
Door een verkeersongeval in oktober 1951 moet Veenstra uiteindelijk stoppen bij VV Heerenveen. Hij blijft de club nadien veelvuldig bezoeken. Dat is deels te danken aan zijn jongere broer Gilles, die eveneens jarenlang het doel zal verdedigen. Veenstra overlijdt op 28 oktober 1997 in Heerenveen.
De tekst op het bord luidt:
Maar liefst zestien jaar staat Tieme Veenstra onder de lat bij sc Heerenveen. Hij groeit uit tot de onbetwiste nummer één.
Met sc Heerenveen wint Veenstra maar liefst negen maal het noordelijk kampioenschap. De Friezen zijn met onder meer Abe en Jan Lenstra, Henny Jonkman, Germ Hofma en Tieme Veenstra oppermachtig, maar weten nooit het landskampioenschap binnen te slepen.