Voetbalclub Heerenveen bestond in het seizoen 2020-2021 honderd jaar. Een mijlpaal die gevierd moest worden. En een mijlpaal die een cadeau verdiende. Supportersvereniging FeanFan bedacht hiervoor het project Helden van Heerenveen. Supporters konden hun helden van honderd jaar sc Heerenveen kiezen. Daar is een prachtige lijst uitgekomen van honderd namen van spelers, trainers en bestuurders die in de eerste eeuw van de club van grote waarde zijn geweest. Eén van deze helden is Maarten de Jong.
Maarten de Jong komt op 26 maart 1962 ter wereld in Arnhem. Opgroeien doet hij in Nijverdal, maar het staat niet meteen vast dat hij een lange voetbalcarrière tegemoet gaat. Pas op zijn achttiende besluit De Jong om het turner vaarwel te zeggen om zich toe te leggen op het voetbal.
Kuitenbijter in Heerenveen
Op zeventienjarige leeftijd verhuist De Jong naar Heerenveen om een CIOS-opleiding te volgen. Hij sluit zich aan bij amateurclub VV Nieuweschoot, waar hij min of meer toevallig de aandacht trekt van trainer Henk van Brussel. De middenvelder verovert een basisplaats op Sportpark Noord, dat later de naam Abe Lenstra Stadion krijgt, en groeit uit tot publiekslieveling. Het is niet voor niets dat de Feanfans hem in 1985, 1986 en 1988 verkiezen tot Speler van het Jaar. Alleen Petter Hansson zal deze trofee vaker winnen (viermaal).
In 1990 eindigt sc Heerenveen als zestiende in de Eerste Divisie. Als periodekampioen winnen de manschappen van Fritz Korbach de nacompetitie, waardoor de Friezen voor het eerst in de clubgeschiedenis promoveren naar de Eredivisie. De Jong krijgt na afloop de lachers op zijn hand door samen met enkele teamgenoten aan de haal te gaan met het iconische spandoek ‘Nooit meer Cambuur’. Enkele maanden later maakt de middenvelder het eerste Eredivisie-doelpunt van Heerenveen in het thuisduel met FC Volendam (1-3 nederlaag).
In het seizoen 1990-1991 krijgt De Jong een rode kaart in de uitwedstrijd tegen directe concurrent SVV. Het is één van de vele prenten die hij tijdens zijn carrière incasseert. Heerenveen wint weliswaar met 1-2 in De Kuip, maar vliegt op basis van doelsaldo alsnog uit de Eredivisie. Korbach vertrekt in 1992 als hoofdtrainer en maakt plaats voor Foppe de Haan. Onder leiding van de Friese oefenmeester promoveert Heerenveen in 1993 nogmaals naar de Eredivisie en lukt het om door te dringen tot de bekerfinale. Ondanks de geflatteerde 6-2 nederlaag krijgt De Jong een compliment van Ajax-trainer Louis van Gaal.
Na de promotie van 1993 weet sc Heerenveen zich te handhaven. De Haan krijgt de ruimte om door te bouwen, maar geeft in 1994 aan dat hij geen rol meer ziet voor De Jong. De teller blijft daardoor steken op 346 wedstrijden in het pompeblêdenshirt. Voorzitter Riemer van der Velde regelt vervolgens dat de kuitenbijter aan de slag kan bij FC Groningen. Na twee seizoenen in het Oosterpark besluit De Jong af te bouwen bij de amateurs in Gorredijk, waar hij tevens een sportzaak begint.
Zijn vertrek bij sc Heerenveen in 1994 doet De Jong weliswaar pijn, maar hij koestert geen wrok tegen De Haan. Sterker nog: als bondscoach van Jong Oranje besluit de trainer om Mister Heerenveen als materiaalman aan de staf toe te voegen. De Jong zal ook nog verschillende functies bekleden in het Abe Lenstra Stadion. Zo organiseert hij voetbalclinics en krijgt hij de leiding over het vrouwenteam.
De tekst op het bord luidt:
Maarten de Jong (Arnhem, 1962) komt in 1984 bij sc Heerenveen. Voorop gaan in de strijd, de tegenstander bij de strot grijpen, een tomeloze inzet en vooral nooit, nooit opgeven. Het typeert de kleine middenvelder ten volle. Strijd, passie en beleving. Maarten de Jong heeft het allemaal. Het maakt hem mateloos populair en levert hem de bijnaam kûtebiter (de kuitenbijter) op.
De Jong schrijft clubgeschiedenis door als eerste speler van sc Heerenveen te scoren in de Eredivisie: 1-1 tegen FC Volendam. Tot driemaal toe wordt hij verkozen tot Speler van het Jaar. Geen wonder dat zijn andere bijnaam Mister It Hearrenfean (Mister Heerenveen) is. Na elf jaar vertrekt hij naar FC Groningen. Hier eindigt zijn actieve voetbalcarrière.